Aanvraag betrokkenheid onderwijsspecialist
Wanneer je gebruik wilt maken van de procesbegeleiding, ondersteuning en/of trajectbegeleiding zoals in voorgaande tabel is beschreven, doorloop je de volgende aanvraagprocedure.
LET OP:
- Zorg dat er vooraf toestemming is om betrokkenheid van het SWV in te schakelen;
- Zorg indien van toepassing dat het Groeidocument is ingevuld/aangevuld met relevante en recente informatie.
| |||
Stap 1 Aanvraag ondersteuning onderwijsspecialist
Aanmelden kan per mail via onderwijsspecialisten@swvrijnstreek.nl
Geef in de mail de volgende informatie:
- Een korte situatieschets
- De ondersteuningsvraag
- Een korte beschrijving van de ingezette (extra) ondersteuning (waaronder evt. betrokkenheid orthopedagoog of specialist bestuur)
Indien nodig neemt een onderwijsspecialist contact op met de IB’er om de situatie en ondersteuningsvraag verder uit te vragen.
Stap 2 Toewijzen onderwijsspecialist
Stap 3 Delen Groeidocument met onderwijsadviseur
De IB’er zorgt dat het toestemmingsformulier deelname overleg en gegevensuitwisseling voor het ondersteuningsteam ondertekend door ouders in het Groeidocument hangt. Daarna deelt de IB’er de link van het Groeidocument met de onderwijsspecialist, waarin de volgende informatie is opgenomen:
- Ontwikkelingsperspectief (OPP) met onderwijsbehoeften, stimulerende en belemmerende factoren, doelen en evaluaties op de verschillende ontwikkelgebieden (didactisch, werkhouding, executieve functies, sociaal-emotioneel).
- Ingezette extra ondersteuning met evaluaties
- Recente gespreksverslagen
- Eventueel: recente (onderzoeks)verslagen vanuit de hulpverlening
Om een onderwijsspecialist goed voorbereid aan te laten sluiten bij een eerste BOT, dient het Groeidocument uiterlijk 10 werkdagen ervoor verstuurd te zijn aan de onderwijsspecialist.
Indien het gebruik van het Groeidocument niet mogelijk is, kan de informatie op een andere manier beveiligd verstuurd worden aan de onderwijsspecialist.
Stap 4 Breed OndersteuningsTeam (BOT)
Als er een Breed OndersteuningsTeam (BOT) georganiseerd wordt, wordt het Groeidocument ingevuld. In een BOT wordt met alle betrokkenen gesproken over het gezamenlijk bedenken en uitvoeren van een aanpak die voor een leerling, de leerkracht(en) en ouders werkt. Dit proces noemen we arrangeren.
Een eerste BOT met een onderwijsspecialist is erop gericht om het huidige beeld en de behoeften van de leerling en de onderwijs- en opvoedsituatie in kaart te brengen. Voorafgaand aan een BOT kun je als IB’er met ouders en de leerkracht vragen opstellen die in het BOT besproken worden. Samen ga je de haalbaarheid na van jullie verwachtingen en wensen.
Een BOT bestaat uit drie fases:
Overzicht
Vanuit een tijdlijn en context beantwoorden leerkracht, ouders (en externen) vragen over hoe het nu met de leerling gaat. Besproken wordt welke stappen zijn ondernomen en wat die hebben opgeleverd. Dit gebeurt vanuit duidelijk geformuleerde (leer)doelen voor de leerling.
Inzicht
In deze fase proberen we de situatie zoals deze is te verklaren. Ook worden oplossingen verkend. De onderwijsbehoeften van de leerling, de ondersteuningsbehoeften van de leerkracht en die van ouders staan centraal. Soms worden de (leer)doelen bijgesteld op basis van de nieuwe informatie.
Uitzicht
In deze fase wordt de aanpak bepaald: uit alle oplossingssuggesties worden samen keuzes gemaakt. Er worden afspraken gemaakt voor de komende periode: wie draagt op welke wijze bij aan het laten slagen van gemaakte afspraken en wie bespreekt de uitkomsten van het BOT met de leerling?
Wat gebeurt er na het BOT?
Na het BOT ga je aan de slag met de uitkomsten en de afspraken van het BOT. Deze uitkomsten worden in het Groeidocument beschreven. Indien er is gesproken over een andere onderwijsvorm is het belangrijk dat ouders de ruimte krijgen om zich hierop te oriënteren. Vervolgens kan er in een of meerdere vervolg BOT’s gesproken worden over de te nemen vervolgstappen. De fases die hierboven beschreven zijn worden dan opnieuw doorlopen.